Lectionary Calendar
Saturday, May 18th, 2024
Eve of Pentacost
Attention!
Take your personal ministry to the Next Level by helping StudyLight build churches and supporting pastors in Uganda.
Click here to join the effort!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Deuteronomium 8

1 Al de geboden, die ik u heden gebied, zult gij onderhouden, dat gij er naar doet, opdat gij moogt leven en vermenigvuldigd worden, en inkomen en het land innemen, hetwelk de Heer uwen vaderen gezworen heeft.2 En gedenk aan den gehelen weg, langs welken de Heer, uw God, u geleid heeft in de woestijn, deze veertig jaar, om u te verootmoedigen en te beproeven, opdat bekend werd, wat in uw hart was, of gij zijne geboden zoudt onderhouden of niet.3 Hij verootmoedigde u en liet u hongeren, en spijsde u met manna, dat gij en uwe vaderen nooit gekend hebt; opdat Hij u bekend maakte, dat de mens niet leeft van brood alleen, maar van al wat uit den mond des Heren gaat.4 Uwe klederen zijn aan u niet versleten, en uwe voeten zijn niet gezwollen deze veertig jaar.5 Dus erkent gij immers in uw hart, dat de Heer, uw God, u onderwezen heeft, gelijk een man zijnen zoon onderwijst.6 Zo onderhoud dan nu de geboden van den Heer, uwen God, dat gij in zijne wegen wandelt en Hem vreest.7 Want de Heer, uwen God, voert u in een goed land, een land, waarin beken en putten en meren zijn, die op de bergen en in de dalen ontspringen;8 een land, waarin tarwe, gerst, wijnstokken, vijgebomen en granaatappelen zijn; een land, waarin olijfbomen zijn en honig is;9 een land, waar gij brood zonder schaarste eten zult, waar u niets ontbreken zal; een land, welks stenen ijzer zijn, en uit welks bergen gij koper houwen zult.

10 En als gij gegeten hebt en verzadigd zijt, zo loof den Heer, uwen God, voor dat goede land, hetwelk Hij u gegeven heeft.11 Wacht u dan, dat gij den Heer, uwen God, niet vergeet door zijne geboden wetten en inzettingen, die ik u heden gebied, niet te onderhouden;12 dat, wanneer gij gegeten hebt en verzadigd zijt, en goede huizen bouwt en daarin woont,13 en uwe runderen en schapen, uw zilver en goud en al wat gij hebt zich vermeerdert,14 dat alsdan uw hart zich niet verheffe en gij den Heer, uwen God, vergeet, die u uit Egypteland, uit het diensthuis gevoerd heeft,15 en u geleid heeft door de grote en vreeselijke woestijn, waar vurige slangen en schorpioenen waren, en enkel dorheid en geen water was; die u water uit de harde steenrots liet voortkomen,16 en u spijsde met manna in de woestijn, van hetwelk uwe vaderen niet geweten hebben, om u te verootmoedigen en te beproeven, opdat Hij u daarna zou weldoen.17 Gij mocht anders in uw hart zeggen: Mijne kracht en de sterkte mijner handen heeft mij dit vermogen teweeggebracht.18 Maar gedenk aan den Heer, uwen God; want Hij is het, die u krachten geeft om zulk machtige daden te doen, opdat Hij zijn verbond houde, hetwelk Hij uwen vaderen gezworen heeft, gelijk het heden ten dage is.19 Maar indien gij den Heer, uwen God, zult vergeten, en andere goden navolgen en hen dienen en hen aanbidden, zo betuig ik heden tegen u, dat gij zult omkomen;20 evenals de volken, welke de Heer ombrengt voor uw aangezicht, zo zult gij ook omkomen, omdat gij niet horen wildet naar de stem van den Heer, uwen God.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile