Lectionary Calendar
Wednesday, May 22nd, 2024
the Week of Proper 2 / Ordinary 7
Attention!
Partner with StudyLight.org as God uses us to make a difference for those displaced by Russia's war on Ukraine.
Click to donate today!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Richteren 17

1 En er was een man van het gebergte van Efram, genaamd Micha.

2 Die sprak tot zijne moeder: De duizend en honderd zilverlingen, die u ontnomen zijn en waarover gij ene vervloeking voor mijne oren hebt uitgesproken, zie, dat geld is bij mij, ik heb het tot mij genomen. Toen sprak zijne moeder: Gezegend zij mijn zoon den Heer!

3 Alzo gaf hij zijne moeder de duizend en honderd zilverlingen weder. Doch zijne moeder sprak: Ik heb dat geld den Heer geheiligd van mijne hand, voor mijnen zoon, dat hij een gesneden en een gegoten beeld zou doen maken; daarom geef ik het u nu terug.

4 Maar hij gaf dat geld aan zijne moeder weder. Toen nam zijne moeder tweehonderd zilverlingen en bracht die tot den goudsmid, die maakte haar een gesneden en een gegoten beeld; en het was daarna in het huis van Micha.

5 En de man Micha had een godshuis en hij maakte een lijfrok en huisgoden, en wijdde een van zijne zonen, dat hij zijn priester werd.

6 In die dagen was er geen koning in Isral; ieder deed wat hem goed dacht.

7 Nu was er een jongeling van Bethlehem-Juda, onder het geslacht van Juda; en hij was een Leviet, en verkeerde daar als vreemdeling.

8 En hij trok uit de stad Bethlehem-Juda, om te wandelen waarheen hij kon; en toen hij op het gebergte van Efram kwam aan het huis van Micha, terwijl hij zijnen weg ging,

9 vraagde Micha hem: Van waar komt gij? En hij antwoordde hem: Ik ben een Leviet van Bethlehem-Jud, en wandel waarheen ik kan.

10 En Micha sprak tot hem: Blijf bij mij, gij zult mijn vader en mijn priester zijn; ik zal u jaarlijks tien zilverlingen en de nodige klederen en uw voedsel geven. En de Leviet ging met hem.

11 En de Leviet nam aan bij dien man te blijven; en hij hield den jongeling als een zoon.

12 En Micha wijdde den Leviet, opdat hij zijn priester werd; en hij was alzo in het huis van Micha.

13 En Micha sprak: Nu weet ik, dat de Heer mij zal weldoen, omdat ik dezen Leviet tot een priester heb.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile